Uw hond wordt oud

Elke diersoort heeft een verschillende gemiddelde levensduur. Binnen eenzelfde diersoort kan de gemiddelde levensduur zelfs variëren naargelang het ras. In het algemeen noemen wij een hond boven de 7 jaar een senior. Bijna één op de drie honden in ons land behoort tot deze groep. Kleine rassen worden over het algemeen ouder dan grote rassen.

De ene hond kan op zijn zevende al minder energie hebben, terwijl een andere twaalfjarige hond zich nog kan gedragen als een actieve jonge hond. Er kunnen dus grote individuele verschillen zijn. Natuurlijk is een hond zo oud als hij zich voelt, maar met het ouder worden treden toch geleidelijk een aantal lichamelijke veranderingen op.

Het verouderen gaat ook gepaard met een groter risico op allerlei aandoeningen. Een halfjaarlijks bezoek aan de dierenarts kan zeker bijdragen tot het behoud van de gezondheid van uw ouder wordende hond. Soms worden symptomen van een ernstige aandoening verkeerdelijk als “normaal voor een oudere hond” geïnterpreteerd door de eigenaar.

Een regelmatig bloedonderzoek is zeker aan te raden. Soms kan uw dierenarts nog andere bijkomende onderzoeken aanraden, zoals een radiografie, een echografie, een ECG (hartonderzoek) of andere. Op die manier kunnen bepaalde aandoeningen vroegtijdig opgespoord worden. Een tijdige behandeling kan de levensduur van uw huisdier aanzienlijk verlengen en de levenskwaliteit aanzienlijk verbeteren.

Hoe help ik mijn hond tijdens zijn senior jaren?

  • Zorg voor een comfortabele, zachte en propere ligplaats. Tegenwoordig bestaan er “orthopedische bedden” voor de met arthrose geplaagde viervoeter.
  • Zorg voor dagelijks vers water en een aangepaste senior voeding. Waarom? Het is normaal dat uw huisdier bij het ouder worden wat minder actief wordt. Hierdoor heeft uw hond ook minder calorieën nodig. Een aangepaste seniorenvoeding is niet enkel qua calorieën, maar ook qua voedingsstoffen volledig aangepast aan het leven van een oudere hond. Noteer veranderingen in de wateropname en de eetlust.
  • Verwacht niet teveel van uw senior hond! Hij of zij zal wel achter een balletje willen rennen, maar doe dit met mate. Arthrose, leeftijdsgebonden spieratrofie (verminderde spieromvang) en andere ouderdomsproblemen kunnen hun tol eisen.

Wanneer moet ik mijn dierenarts raadplegen?

Als uw oudere hond één of meer van de volgende symptomen heeft:

Toegenomen stijfheid of manken, moeilijker trappen lopen, moeilijk opstaan

Dit kan bijvoorbeeld wijzen op arthrose. Tegenwoordig bestaat er goede hulpmiddelen (voeding, medicatie, voedingssupplementen) om de pijn die deze aandoening veroorzaakt te verminderen en de voortgang te vertragen.

Slecht ruikende mondgeur, bloedend tandvlees

Een goede mondhygiëne is niet enkel belangrijk voor de tanden en de mond, maar ook voor de algemene gezondheid! Bij elke kauwbeweging van een erg ontstoken mond kunnen kiemen in het bloed dringen en zo hart, lever en nieren bereiken. Bij het verouderen kan er tandplak, tandsteen en tandvleesontsteking ontstaan. Een tandreiniging, samen met aangepaste medicatie en voeding kan noodzakelijk zijn. Daarenboven kunnen gezwellen in de mond, algemene infecties en ziekten zoals nierinsufficiëntie een slechte mondgeur veroorzaken.

Overmatig hijgen tijdens/na een inspanning, regelmatig hoesten

Dit kan wijzen op problemen van hart en bloedvaten. Veel oudere honden krijgen door slijtage problemen met de hartkleppen en daardoor hartinsufficiëntie. Een snelle diagnose en aangepaste medicatie kan erge problemen voorkomen.

Problemen met de melklieren en de geslachtsorganen

Let bij een ouder wordende, niet gesteriliseerde teef zeker ook op de loopsheden. Noteer wanneer ze loops wordt. Dit kan uw dierenarts extra informatie verschaffen als uw hond verdacht wordt van een baarmoederprobleem. Controleer haar ook regelmatig zelf op gezwellen van de melkklieren of vraag uw dierenarts om dit te doen bij iedere check up. Bij een ouder wordende reu moet gelet worden op teelbalkanker en/of een vergrote prostaat.

Verandering in gewicht en/of eetlust

Uw hond krijgt best een voeding aangepast aan zijn leeftijd en gezondheidstoestand. Naargelang deze toestand kan uw dierenarts u een speciaal aangepaste voeding aanraden, bv. bij nierproblemen, zwaarlijvigheid, tandproblemen,…

Signaleer elke verandering in gewicht en/of eetlust aan uw dierenarts. Dit kan soms wijzen op een inwendig probleem.

Veranderingen in wateropname en plasgedrag

Als uw hond veel meer gaat drinken dan voorheen, wijdt dit dan niet aan “de leeftijd”. Dit is vaak een symptoom van een ernstig probleem. De meest voorkomende oorzaken van een verhoogde wateropname zijn suikerziekte, slecht werkende nieren en bij vrouwelijke dieren een baarmoederontsteking. Urinedruppelen en/of in huis plassen zijn ook probleemsignalen. Dit kan o.a. wijzen op infecties, steentjes in de blaas of urinewegen, een verminderde controle over de blaas en bij reuen prostaatproblemen.

Vermindering van de zintuiglijke functies (al dan niet plotse blindheid, gehoorverlies), scheve kopstand

Verschillende oorzaken zijn mogelijk, consulteer uw dierenarts. Bij een suikerzieke hond kan er zich bijvoorbeeld in een paar dagen tijd staar (cataract) ontwikkelen.

Cognitieve veranderingen, gedragsveranderingen

Honden kunnen, net zoals mensen, lijden aan leeftijdsgebonden dementie. Een aantal symptomen hiervan kunnen zijn: algemene verwarring (uw hond herkent u niet meer zo vlot), desoriëntatie, blaffen op ongepaste tijdstippen (bv. ’s nachts en zonder reden), de dag voor de nacht nemen en omgekeerd, in huis plassen, … Er bestaat een behandeling die een deel van de honden doet verbeteren. Ook kunnen sommige hormonale aandoeningen, problemen met zicht en gehoor of chronische pijn aanleiding geven tot agressief gedrag.

Haarverlies en/of een slechte huid

Dit kan natuurlijk op elke leeftijd voorkomen, maar het mag zeker niet genegeerd worden. Honden kunnen hun huid enorm beschadigen door te likken, te bijten en te krabben. Huidtumoren, wratten en talgklierontstekingen komen frequenter voor bij oudere dieren, dus hoe sneller de hond onderzocht en behandeld wordt, hoe beter.

Deze lijst is niet limitatief. Als u denkt dat uw oudere hond “niet zichzelf is” aarzel dan niet om hem of haar te laten nakijken door uw dierenarts want het verbeteren van zijn of haar levenskwaliteit kan vaak al gebeuren via weinig ingrijpende adviezen en/ of onderzoeken.